thema

Memorandum 2024-2029

Samenvatting

1. Excellente en gepassioneerde leraren kunnen aantrekken
2. Een modern personeels- en HR-beleid mogelijk maken
3. Voldoende financiering voorzien om de koopkracht te herstellen
4. Een kader scheppen om te evolueren naar inclusief onderwijs
5. Het volwassenenonderwijs en het hoger onderwijs een prominente rol geven binnen levenslang leren
6. Voor onderwijsvreemde regelgeving de onderwijstoets toepassen

Onze inzet: ambitieus onderwijs voor iedereen

Ouders, leerlingen, studenten, cursisten willen kwaliteitsvol onderwijs. Onderwijs dat past bij de dromen en ambities die ze koesteren voor hun kinderen en voor zichzelf. Vanuit het beste van hun eigen katholiek-pedagogische traditie dragen onze besturen en onderwijsinstellingen daartoe bij. Ze beogen een recht op onderwijs en excellentie bij elke leerling. Daarvoor stelt Katholiek Onderwijs Vlaanderen de volgende premissen voor.

Vrijheid en ruimte voor onderwijskwaliteit

sla link op in klembord

Onze besturen en hun (hoge)scholen, universiteit, academies, centra, leersteuncentra en internaten zetten vanuit een diversiteit aan pedagogische projecten, geïnspireerd door onze kadervisie van de katholieke dialoogschool, in op het verder werken aan onderwijskwaliteit. De grondwettelijk gegarandeerde vrijheid van onderwijs, godsdienst en vereniging, erkent en legitimeert het belang van het opnemen van onze verantwoordelijkheid voor een eigenzinnige, multidimensionale kwaliteitsvolle opvoeding en vorming van onze kinderen, jongeren en volwassenen.

We doen dat datagedreven en evidence informed, gevoed door de expertise in onze scholen en teams en ondersteund door onze pedagogische begeleidingsdienst. Daarbij verhouden we ons steeds op eigenzinnige wijze tot het Referentiekader Onderwijskwaliteit (ROK) dat via 37 kwaliteitsverwachtingen een wetenschappelijke onderbouwde en gemeenschappelijke invulling biedt van wat onderwijskwaliteit inhoudt.

We pleiten ervoor de centrale rol en verantwoordelijkheid van scholen voor het werken aan hun onderwijskwaliteit te erkennen en mogelijk te maken. Geef schoolteams voldoende tijd en ruimte om te werken aan schooleigen onderwijskwaliteit met het oog op de effectieve remediëring van vastgestelde problemen.

Creëer daarvoor ook de noodzakelijke randvoorwaarden door onder meer de specifieke rol van de onderwijsinspectie en de pedagogische begeleiding als partners in de kwaliteitsdriehoek helder te formuleren en te valoriseren. We vragen daartoe uitdrukkelijk de pedagogische begeleiding van de nodige middelen te voorzien om schoolteams daarin te ondersteunen, maar ook om hun andere omvattende decretale opdrachten waar te maken.

Vertrouwen en rust

sla link op in klembord

We vragen aan de overheid om de randvoorwaarden te scheppen waarbinnen de onderwijsinstellingen de opdracht voor de organisatie van kwaliteitsvol onderwijs vanuit eigen inzicht en engagement kunnen opnemen, wars van institutioneel wantrouwen en te hoge regeldruk. Onderwijsinstellingen vragen expliciet ook voldoende rust om de vele veranderingen en evoluties die zo goed als elk onderwijsniveau aangaan, stapsgewijs te implementeren.

Ook het tijdig aankondigen van nieuwe regelgeving beschouwen de onderwijsinstellingen als een minimale vorm van respect en een noodzakelijke voorwaarde om krachtig beleid te kunnen voeren.

Het leren leren en leren leven van de leerling staat centraal

sla link op in klembord

In katholieke onderwijsinstellingen staat niet de leerling, leerstof of leraar centraal, maar gaat het om het geëngageerde samenspel van die drie: het leren en leven van de leerlingen staan centraal. Daarom willen we maximaal inspelen op hun mogelijkheden en talenten.

Voor ons gaat dat onverkort samen met ambitie: leerlingen worden uitgedaagd om te groeien, verder dan ze zelf dachten te gaan. En die ambitie geldt voor iedere leerling, rekening houdend met zijn onderwijsbehoeften: leerlingen met een beperking, cognitief sterke leerlingen, leerlingen met psycho-emotionele zorgen, leerlingen met buitengewone talenten op velerlei vlak. Onze ambitieuze onderwijsinstellingen maken zowel werk van hoogstaand onderwijs en welbevinden als van de strijd tegen armoede en schooluitval.

De leersteuncentra moeten als een essentieel onderdeel van het onderwijsecosysteem beschouwd worden.

Via hun invulling van het project van de katholieke dialoogschool vormen onze onderwijsinstellingen kinderen, jongeren en volwassenen voor een steeds meer volatiele, onzekere, complexe en ambigue samenleving. Iedereen, van welke overtuiging ook, die zich door dat project aangesproken weet en ertoe wil bijdragen, is bij ons welkom.

Netwerken van onderwijsinstellingen

sla link op in klembord

Om hun complexe opdracht kwaliteitsvol en efficiënt op te kunnen nemen, organiseren katholieke onderwijsinstellingen zich in netwerken. Vanuit het maxime van de subsidiariteit zoeken ze daarbij zowel schoolnabije besluitvorming en ondersteuning te realiseren als hun beleidsvoerend vermogen te versterken en schaalvoordelen te genereren. We pleiten dan ook voor een beleid dat bestuurlijke optimalisering en schaalvergroting stimuleert en incentiveert.

Als ledenvereniging en Vlaanderenbrede netwerkorganisatie stellen we ons uitdrukkelijk als verantwoordelijke partner voor de overheid op en verwachten we dat we beschouwd worden als vertegenwoordiger van onze onderwijsinstellingen.

Afstemming tussen verschillende beleidsdomeinen

sla link op in klembord

Kinderen en jongeren kunnen niet opgedeeld worden in ‘beleidsdomeinen’. Ondersteuning bieden op maat impliceert dan ook dat er een goede communicatie en maximale afstemming is tussen de verschillende betrokken beleidsdomeinen en dat onderwijs structureel betrokken partner van andere beleidsdomeinen moet zijn.

Katholiek Onderwijs Vlaanderen verwacht dat de overheid vanuit een helikopterperspectief en in overleg met de betrokken beleidsdomeinen haar verantwoordelijkheid neemt en zoekt naar maximale samenwerking en complementariteit in het belang van de kinderen en jongeren en hun gezin/context. De beleidsdomeinen zijn Onderwijs, Welzijn (met onder andere kinderopvang), Justitie, (Geestelijke) Gezondheidszorg, Mobiliteit, Werk en Jongeren en gezinsbeleid.

Ons eisenpakket: zes prioriteiten

1. Aantrekken van excellente en gepassioneerde leraren

sla link op in klembord

Voer samen met alle stakeholders campagne voor de herwaardering van het beroep van leraar.

Maak een breed loopbaanpact met oog voor aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden en ruimte voor HR-beleid.

Versterk de instroom in de lerarenopleiding.

Verruim de instroom door het installeren van de leerladder in elk niveau van het leerplichtonderwijs: onderwijsassistent-bachelor- master met passende verloning.

Verhoog de aantrekkelijkheid voor zij-instromers:

  • in de lerarenopleiding door te investeren in kwaliteitsvolle verkorte trajecten en het verruimen van de lerarenbonus tot een derde van een opdracht;
  • in het lerarenberoep door nuttige ervaring voor alle vakken en ambten te verrekenen.

Verhoog de retentie door:

  • de installatie van een inductiejaar waarbij elke afgestudeerde als personeelslid aan de slag kan met een aangepaste opdracht (minder lesuren voor een voltijdse opdracht) waardoor extra ruimte vrijkomt voor onder meer overleg en voorbereiding;
  • meer ruimte en versterking van het beleidsvoerend vermogen van de schoolleider en het schoolbestuur (zie prioriteit 2).

2. Meer ruimte en versterking van het beleidsvoerend vermog

sla link op in klembord

Geef meer ruimte voor een lokaal personeels- en HR-beleid via een personeelsplan door:

    • de omschrijving van de opdracht van leraren in een jaarprestatieopdracht met ruimte voor
      • bredere inzetbaarheid op basis van competenties
      • functie- en roldifferentiatie
      • aanvangsbegeleiding
      • professionalisering
    • affectatie aan het schoolbestuur
    • afschaffing van tijdelijke aanstelling van doorlopende duur 
      en reaffectatieregelgeving
    • ongekleurde omkadering voor
      • primaire processen met de mogelijkheid om de uren om te zetten in punten;
      • secundaire processen met de mogelijkheid om personeelsleden (ook in de selectie- en bevorderingsambten) aan te trekken zonder bewijs van pedagogische bekwaamheid en de punten om te zetten in financiële middelen.

Zorg voor een lineaire berekeningswijze van omkaderingsmiddelen rekening houdend met parameters zoals bevolkingsdichtheid.

Wijs de omkaderings- en het werkingsbudget toe aan het schoolbestuur en laat de keuze van aanwending op niveau van de school of het schoolbestuur vrij.

3. Voldoende financiering voor de werking van onderwijsinstellingen

sla link op in klembord

Leerplichtonderwijs en volwassenenonderwijs

sla link op in klembord

Verloning selectie- en bevorderingsambten

sla link op in klembord

Hou een constante loonspanning over de volledige loopbaan aan van

  • minimaal 35 procent tussen wervingsambten en directeur
  • minimaal 30 procent tussen wervingsambten en het ambt van adjunct-directeur en andere bevorderingsambten

Geef de directeur van een internaat de wedde van een directeur van een leersteuncentrum.

Omkaderingsmiddelen

sla link op in klembord

Breng alle aanwendingspercentages van de uren-leraar in het buitengewoon basis- en het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs op 100 procent.

Verhoog de puntenenveloppe voor de secundaire processen in het basisonderwijs waardoor de schoolleider zich kan toeleggen op zijn kernopdracht waarbij elke leerling minimaal 1,5 punt genereert.

Verhoog de puntenenveloppe van de centra voor volwassenenonderwijs zodat ze ruimte hebben om een middenkader uit te bouwen en geef ruimte om bij de aanwending van de middelen specifieke profielen aan te trekken.

Middelen voor het besturen van scholen

sla link op in klembord

Zorg voor extra middelen voor het besturen van scholen.

Werkingsbudget

sla link op in klembord

Herstel de koopkracht van de scholen van het leerplichtonderwijs door het volledig wegwerken van de gevolgen van de opeenvolgende niet-indexeringen en integreer de digisprongmiddelen op recurrente wijze.

Stop het mechanisme dat ervoor zorgt dat meer of minder leerlingen maar voor 40 procent worden aangerekend.

Geef elk internaat 1500 euro werkingsbudget per interne en maak het budget welvaartsvast.

Verhoog het werkingsbudget van het volwassenonderwijs met 50 procent.

Middelen voor infrastructuur

sla link op in klembord

Voorzie 80 procent subsidie voor het basisonderwijs en de internaten en 70 procent voor het secundair onderwijs, het volwassenenonderwijs, deeltijds kunstonderwijs, de leersteuncentra en de centra voor leerlingenbegeleiding.

Bestendig de subsidies in de reguliere AGION-piste op het peil van 2024 om gelijke tred te houden met de jaarlijkse investeringsbehoefte voor het vrij gesubsidieerd onderwijs.

Voorzie trekkingsrechten voor grotere besturen, congregaties of groeperingen van schoolbesturen vanaf 4 500 leerlingen of 700 000 LUC (in het volwassenenonderwijs) met het oog op een optimalisatie van de besteding van de beperkte scholenbouwmiddelen.

Hoger onderwijs

sla link op in klembord

Zet in op de basisfinanciering per student door een mathematisch en economisch correcte indexering van zowel de looncomponent als de werkingscomponent in de totale werkingsuitkering.

Herbekijk het kliksysteem dat een structurele vertraging inhoudt.

Pas toe wat het decreet voorschrijft en indexeer de investeringsmiddelen van de instellingen voor hoger onderwijs op basis van de ABEX-index.

Voorzie een volwaardig werkingsbudget voor de graduaatsopleidingen in plaats van enkel loonkost.

4. Toekomstig leerplichtonderwijs met een geïntegreerd zorgevolutie richting inclusief onderwijs

sla link op in klembord

Versterk de zorgwerking in het gewoon onderwijs door de mogelijkheden voor overleg en professionalisering te verruimen en maak van de verdere uitbouw van de leersteuncentra een belangrijke hefboom om die versterkte zorgwerking waar te maken.

Maak de inzetbaarheid van orthopedagogisch en paramedisch personeel in gewoon onderwijs mogelijk.

Maak fusies en opname van vestigingsplaatsen tussen gewoon en buitengewoon onderwijs mogelijk.

Zorg in het buitengewoon onderwijs voor flexibiliteit over types en opleidingsvormen heen.

Organiseer het recht op passend onderwijs voor kinderen en jongeren met ernstige multiproblematische en psychiatrische stoornissen. Dat recht op onderwijs kan enkel gerealiseerd worden via versoepeling van de reglementering met het oog op het uittekenen van een geïndividualiseerd parcours én het inzetten van extra personeelsmiddelen.

Optimaliseer een gelijkeonderwijskansenbeleid via omkaderingsmiddelen en werkingsbudget met in het secundair onderwijs een berekeningsmechanisme dat inspeelt op de exponentiële noden van de superconcentratiescholen.

Creëer rust en stabiliteit in het secundair onderwijs door scholen voldoende tijd te geven om de nieuwe leerplannen te implementeren en voer een standstill voor de matrix in.

Bewaak brede inzetbaarheid voor een evoluerende arbeidsmarkt door een ruimere invulling van arbeidsmarktgerichte studierichtingen dan de strikte koppeling aan beroepskwalificaties.

Profileer duaal leren als een volwaardig alternatief binnen onderwijs en organiseer kwaliteitscontrole in de bedrijven.

Voorzie voor die leerlingen die in duaal leren niet aan bod komen een gepast flexibel opleidingstraject met begeleiding op maat.

Creëer kwalitatieve onderwijstrajecten met civiel effect voor kwetsbare doelgroepen (zoals leerlingen buitengewoon secundair onderwijs) en werk een alternatieve studiebekrachtiging uit.

Laat elk 7de leerjaar gericht op instroom arbeidsmarkt ook tot een bijkomende onderwijskwalificatie leiden.

5. Volwassenenonderwijs en hoger onderwijs

sla link op in klembord

Creëer in het volwassenenonderwijs een regelluwe omgeving met inbegrip van het personeelsstatuut die inspeelt op de groeiende en snel wijzigende leervragen in de samenleving en de toenemende vraag naar efficiënte en persoonlijke trajecten voor cursisten.

Geef aan de cvo’s binnen de wereld van levenslang leren een prominente rol, zowel op het vlak van taalverwerving, de diploma- en beroepsgerichte opleidingen, de persoonlijke ontwikkeling als op het remediëren van ongekwalificeerde uitstroom.

Incentiveer structurele samenwerking tussen alle partners die in het domein van levenslang leren actief zijn. Maak die samenwerking ook mogelijk door belemmeringen in de regelgeving weg te werken.

Verhoog de middelen voor praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek jaarlijks met 10 procent en voorzie in jaarlijkse overheidssteun voor de onderzoekinfrastructuur.

Ontwikkel een Vlaamse internationaliseringsstrategie, die ook het aantrekken van buitenlandse studenten en docenten faciliteert en ‘Brains on the move’ actualiseert, en laat hogescholen zelf beslissen over het Nederlandstalige equivalent voor anderstalige opleidingen.

Stimuleer een flexibel, rationeel en verantwoord opleidingsaanbod hoger onderwijs via een nieuwe, bottom-up manier van opleidingen lanceren en het relevant houden van bestaande opleidingen.

Investeer in de digitale transformatie van het hoger onderwijs en het levenslang leren.

6. Niet-onderwijsgebonden regelgeving

sla link op in klembord

Verminder de planlast van scholen in dossiers zoals de bijdrage aan Reprobel, de attesten voor kinderopvang en fiscale verplichtingen bij openstelling van infrastructuur en terbeschikkingstelling van laptops.

Pas voor onderwijsvreemde regelgeving de onderwijstoets toe.

Voorzie voldoende extra budgetten om de meerkost te compenseren wanneer onderwijsvreemde regelgeving aan onderwijsinstellingen wordt opgelegd.